De Harderwijkse vestiging van deze onderneming was in feite een filiaal, want de hoofdvestiging van de GAS, opgericht door H.J. Bok, was in Epe.
Schilder's Nieuws- en advertentieblad 05-07-1963 |
In juli 1963 werd een Esso Benzine & Servicestation geopend aan de Hoofdweg 4. In december 1964 verhuisde ook de afdeling Verkoop naar het nieuw opgetrokken pand mét showroom aan de Hoofdweg.
In diezelfde maand vond de officiële opening plaats door burgemeester Numan. Er staat een uitgebreid, in ronkend taalgebruik geschreven, verslag van de opening in het 'Schildertje' van 18 december 1964.
In 1967 verhuisde ook de serviceafdeling en de administratie van de Luttekepoortstraat naar een grote nieuwe werkplaats met kantoorruimte aan de Handelsweg.
Vertrouwd
Voor mij was de GAS- Gelderse Auto-Service- al jaren een heel vertrouwd adres.
Mijn ouders zitten trots in hun Ford Anglia Coll. Peter Offerman |
Bovendien had ik tijdens schoolvakanties en in drukke weekends al bij de GAS gewerkt als pompbediende en doorsmeerder en ik ging soms mee om nieuwe auto's over te rijden van Epe naar Harderwijk. De importeur, Ford Nederland, leverde alle nieuwe auto's namelijk af bij de hoofdvestiging, ook de auto's die in Harderwijk waren verkocht.
Die auto's moesten dus, voordat ze werden afgeleverd aan de klant, eerst worden overgebracht naar Harderwijk waar ze dan hun afleveringsbeurt kregen en, met de hand, in de was werden gezet.
Later werd in reclame de bedrijfsnaam Perfect gebruikt. Schilder's Nieuws- en advertentieblad 14-05-1969 |
En veel nieuwe auto's kregen eerst nog een zgn. Dinitrol behandeling tegen doorroesten van binnenuit.
Dat deden we niet zelf, maar daarvoor werden de auto's naar een specialistisch bedrijfje gebracht dat was gehuisvest in een vervallen pand op de Vismarkt.
Die behandeling veroorzaakte een enorme stank; als de wind verkeerd stond rook je het in de hele buurt. Ik denk niet dat zo'n soort bedrijfje, met de huidige milieuregelgeving nog zou kunnen bestaan.
Autoverkoper
Na een sollicitatiegesprek en het doornemen van de arbeidsvoorwaarden, kon ik per 1 april 1969 beginnen bij de afdeling Verkoop. Ik kreeg in de loop van dat jaar de mogelijkheid om een aanvullende cursus bij het Ford Marketing Institute te volgen in Amsterdam.De afdeling Verkoop stond onder leiding van J.H.J. (Johan) Schwering, die tevens de algehele leiding had over de Harderwijkse vestiging van de GAS.
Showroom, tankstation met boven de woning van de familie Schwering Schilder's Nieuws- en advertentieblad 12-10-1978 |
Johan Schwering links schudt de hand van zijn opvolger Schilder's Nieuws- en advertentieblad 22-02-1993 |
In 1969 nam Schwering, na 32 jaar, afscheid van de GAS. "Hij schakelde over op een lagere versnelling en gaf het stuur in handen van zijn opvolger, de heer Fellinger" volgens de journalist van het Schildertje.
Advertentie-foto uit 1977 Schilder's Nieuwsblad 16-06-1977 |
Naast chef Schwering werkte ik ook samen met collega-verkoper en leeftijdgenoot Eric C. Schilderman, die ook al een opleiding aan het IVA had gevolgd. Eric is in 2008, na 41 jaar bij de Ford-dealer te hebben gewerkt, met vervroegd pensioen gegaan (bron: www.deweekkrant.nl).
Eric woonde toen nog met zijn ouders op de Enkweg. Zijn vader S. S. (Sipko) Schilderman was indertijd werkzaam bij het Harderwijkse gemeente-secretariaat en werd vooral bekend als fervent amateur-historicus en verzamelaar van een grote collectie prentbriefkaarten van Harderwijk, die hij aan het Veluws Museum heeft geschonken. Na zijn pensionering was hij nog jarenlang vrijwilliger medewerker van gemeente-archivaris Joh. van Hell.
Schilder's Nieuws- en advertentieblad 19-02-1970 |
Het eerste contact werd meestal wel in de showroom gelegd, maar daarna volgde er in vrijwel alle gevallen nog minimaal een huisbezoek en de bijbehorende proefrit.
Ons werkgebied was zo'n beetje de gehele Noord Veluwe tot aan Elburg en Doornspijk in het oosten en Putten en Voorthuizen in het westen. Daar verkochten we zowel nieuwe als gebruikte personenauto's en natuurlijk ook de bekende Ford Transit bestelwagens.
Sommige Transits werden geleverd zonder opbouw achter de cabine en werden door de Carrosseriefabriek Harderwijk voorzien van een gespecialiseerde laadruimte, bijvoorbeeld voor het vervoer van diepgevroren of gekoelde producten.
Naast het verkopen en afleveren van auto's deden we zo'n beetje alles wat er moest gebeuren om te helpen het bedrijf gaande te houden. Zo assisteerden we op drukke momenten bij het tanken van auto's, want van zelfbedieningspompen had toen nog niemand gehoord. En als er meerdere nieuwe auto's moesten worden gepoetst en daar waren niet genoeg mensen voor beschikbaar, hielpen we in de avonduren een handje mee. Ook als er auto's van klanten moesten worden gebracht of gehaald voor onderhoud of reparaties, sprongen we, als dat zo uitkwam, bij. Maar er waren ook uitzonderingen want met olie verversen, doorsmeren en ingewikkelde reparaties hield ik me niet (meer) bezig.
Een cognacje bij de koffie
Kasteel de Essenburgh in Hierden Bron: www.kastelenbeeldbank.nl |
Sinds 1950 was het kasteel eigendom van de Norbertijnen. In de tijd dat ik er kwam werden zowel het kasteel als de bijgebouwen door de priesters gebruikt. In het kasteel werden, als ik het mij goed herinner vanaf de jaren 70, ook cursussen gegeven en conferenties gehouden.
Sinds 2012 wordt het kasteel als hotel geëxploiteerd. De priesters wonen nog steeds in een ander gebouw op het landgoed.
Schilder's Nieuws- en advertentieblad 04-09-1969 |
Schilder's Nieuws- en advertentieblad 09-01-1969 |
"Waarom rijdt een katholieke geestelijke in een auto met slaapstoelen? ", grapte ik tegen de Prior.
"Let maar eens op, ik hoop dat ik ze nog eens kan gebruiken en dat mijn bazen me dat mogelijk zullen maken", was zijn antwoord.
Het is, helaas voor de Prior en voor zijn geestverwanten, heel anders gelopen met de ontwikkelingen binnen hun kerk.
Vaste klanten
Sommige klanten kochten bij de GAS ieder jaar een nieuwe auto. Onder die klanten waren vooral officieren, die het klaarblijkelijk bij hun status vonden horen om altijd in een nieuwe auto te rijden. Dus ruilden ze hem dan na een jaar en met 15- tot 20 duizend kilometer op de teller weer in. De tweede eigenaren waren vervolgens heel blij met hun praktisch nieuwe auto, die ze hadden gekocht met een enorme korting. Het eerste jaar was de afschrijving namelijk het hoogst. Dit was voor de eigenaars natuurlijk niet echt een verstandige manier van zaken doen maar er past wel een kanttekening bij.Auto's gingen in die tijd veel minder lang mee dan tegenwoordig; vooral roestvorming van de dragende delen vormde een veel groter probleem dan nu. Ook de garantietermijn was veel korter. De meeste merken gaven eind jaren '60 slechts een half jaar garantie op een nieuwe auto en drie maanden op een goede occasion.
Het verkopen van een auto aan de hiervoor genoemde categorie klanten was bijzonder eenvoudig. Ze belden je op met de uitnodiging om "weer eens te komen praten over de auto". Op de afgesproken avond ging je daar dan heen en zat je een avond gezellig te kletsen over de zaken die hen bezig hielden.
Zo had luitenant-kolonel Van Gelderen een enorme Deense dog, die er een sport van maakte om bij de bezoekers van de Van Gelderens volstrekt onverwacht op schoot te springen. Toen mij dat overkwam had ik het gevoel dat alle lucht uit mijn longen werd geperst en moest ik letterlijk naar adem happen.
"Het is toch zo'n aanhankelijk beest", zei mevrouw Van Gelderen vertederd.
"Dat doet ie alleen bij mensen die hij graag mag, maar ja, het is een beetje een allemansvriend. Gaat het wel zo?" En daarna begon ze dan hartelijk te lachen, omdat ik bedolven lag onder zoveel hond.
Het echtpaar kreeg er geen genoeg van om over honden in het algemeen en over Deense doggen in het bijzonder te praten en dat gebeurde dan ook... Aan het eind van de avond werd tenslotte de kleur van de nieuwe auto uitgezocht, de extra accessoires bepaald en het koopcontact opgesteld. En er moest natuurlijk overeenstemming zijn over de inruilwaarde van de "oude auto" .
10-03-1966 |
Schilder's Nieuws- en advertentieblad 10-03-1966 |
Tot de vaste klanten behoorde ook Gerrit van Baren. Hij begon in 1958 in Harderwijk met een emmer, een gehuurde ladder, een spons en en zeem een glazenwassersbedrijfje, dat binnen 10 jaar was uitgegroeid tot Mercurius N.V., een van de grootste schoonmaakondernemingen van ons land. In 1968 hadden ze al 1.600 medewerkers met opdrachtgevers in verschillende provincies.
Volgens de overlevering had Gerrit zulks ook al verkondigd toen hij net als zzp-er was begonnen.
"Let maar op, binnen 10 tot 15 jaar ben ik directeur van het grootste schoonmaakbedrijf van Nederland", zou hij in die tijd tegen vrienden hebben gezegd. Die namen hem natuurlijk niet serieus maar moesten naderhand toegeven dat Gerrit toch wel over bijzondere voorspellende gaven beschikte.
Er hebben in die periode 2 grote artikelen over hem in het Schildertje gestaan, in 1966 en in 1968 vanwege het 10-jarig bestaan van zijn bedrijf.
.
Gerrit van Baren afgebeeld als een echte "tycoon" en evenknie van JR Ewing uit Dallas Schilder's Nieuws- en advertentieblad 12-09-1968 |
Zijn bedrijf had vooral uiterst lucratieve contracten met defensie voor het schoonmaken van kazernes door heel Nederland. De schoonmaakploegen werden naar het werk gereden in Ford Transit busjes, die veelal bij de GAS werden gekocht. Ze hadden er uiteindelijk tientallen, dus hij was een enorm goede klant.
Zo'n Mustang en in deze kleur bestelde Gerrit van Baren als verjaardagsgeschenk voor zijn vrouw |
Er stond op dat moment slechts één exemplaar van de Mustang in de juiste specificatie en de gewenste kleur in Nederland en wel in de showroom van de Rotterdamse Ford dealer. Ik ben die auto daar toen gaan ophalen en heb hem overgereden naar Harderwijk.
Voor zijn ex-vrouw bestelde Van Baren een Capri Schilder's Nieuws- en advertentieblad 06-02-1969 |
En omdat hij het een beetje sneu vond voor zijn ex-vrouw, bestelde hij voor haar tegelijk een Capri coupé, een iets kleinere en minder dure auto.
Om dit allemaal te regelen was hij eventjes bij ons de showroom binnen gestapt en binnen 20 minuten weer vertrokken, de heer Schwering in blijde verbijstering achterlatend.
Gerrit van Baren was ook in allerlei andere opzichten een gulle gever en afficheerde zich als een sociaal bewogen mens. Zo valt in het afgebeelde artikel te lezen dat hij bij het 10-jarig bestaan een kleuren-TV aan de zusters van het Piusziekenhuis doneerde en hij was sponsor van een Olympisch team.
Goosens
Een Crossleybus (hier met VAD-chauffeur Gijs ter Braak) Bron: www.oud-apeldoorn.nl/ |
De vader was een klein mannetje, dat na zijn pensionering als buschauffeur bij de GAS was komen werken in het Esso service station. Hij hield zich daar vooral bezig met olie verversen, doorsmeren, auto's wassen en kleine reparaties, zoals het verwisselen van een lampje of het repareren van een lekke band.
De verhalen van de oude heer Goosens uit zijn tijd als buschauffeur waren toen al legendarisch en zijn dat nu nog veel meer.
Hij had tientallen jaren bij de VAD gewerkt en vertelde over het manoeuvreren door de nauwe straten van het oude centrum van Harderwijk met de loodzware Engelse Crossley bussen tijdens de eerste 10 jaar na de oorlog.
De VAD-bussen banen zich een weg door de Wolleweverstraat Bron: Facebookpagina Herinner je je Harderwijk |
Die bussen hadden een enorm groot stuurwiel waar Goosens letterlijk aan moest staan sjorren om bijvoorbeeld de hele nauwe bocht aan het eind van de Donkerstraat te kunnen nemen.
Ook vertelde hij dat hij eens motorpech had gekregen, midden op de Veluwe, tijdens een rit van Harderwijk naar Arnhem. Hij moest toen ongeveer een uur lopen, voordat hij bij een huis kwam, waar hij kon telefoneren naar de VAD- garage in Ermelo en daarna weer een uur terug naar de bus, waarin de passagiers nog rustig zaten te wachten. Enige tijd later kwam er een vervangende bus voor de passagiers en een takelwagen om de defecte bus weg te slepen.
Schilder's Nieuws- en advertentieblad 12-10-1962 |
De zoon van Goosens, Wieger geheten, was aanvankelijk monteur en werd later chef van de werkplaats aan de Handelsweg. Ik herinner me hem als een aardige vent maar ik had natuurlijk meer contact met zijn vader, al was het maar omdat die in ons pand aan de Hoofdweg werkte.
Geen blijvertje
Samen met Eric en chef Schwering ging ik geregeld 's avonds een biertje drinken bij onze stamkroeg, Club 44 in de Vijhestraat (aan Club 44 zal ik een aparte blog wijden). En er werd ook eenmaal per jaar een personeelsuitje georganiseerd. Ik herinner me dat we toen met zijn allen een dagje naar Terschelling zijn geweest.Maar, ondanks de goede sociale contacten met collega's en klanten, kwam ik er toch al vrij snel achter dat het verkopen van auto's niet echt de activiteit was, waarmee ik carrière wilde maken. Ik voelde mij eigenlijk veel meer een adviseur dan een verkoper.
Ik liet dat gevoel een keer prevaleren toen er een klant binnen kwam voor een nieuwe auto. Toen ik hem vroeg wat voor soort auto hij in gedachte had, somde hij alle eigenschappen op, die volgens mij vooral hoorden bij een Renault 16. Zo'n auto hadden wij niet en ik kon het toen niet laten dit eerlijk tegen hem te zeggen en hem door te verwijzen naar onze conculega Kroes, wiens Renault garage was gevestigd aan de Handelsweg. Later ben ik hem nog eens tegen gekomen; hij had inderdaad en Renault 16 gekocht en was daar erg tevreden over.
De, door de heer Hordijk begeerde maar niet gekochte, Ford 20M XL Schilder's Nieuws- en advertentieblad 09-01-1969 |
Ik maakte een afspraak om enkele dagen later bij hem langs te komen met een dergelijke auto voor een proefrit. Hij bleek te wonen in een bungalow aan de Parallelweg. Het huis was gelegen op een enorm groot stuk grond.
Toen ik eenmaal met de heer Hordijk, zo heette hij, aan de praat was, bleek hij te werken bij de KLM als gezagvoerder op de Douglas DC-8. Tijdens dat gesprek dat meer over de luchtvaart ging dan over auto's begon er toch weer iets bij me te kriebelen. In de dagen erna had ik last van een soort knagend gevoel, dat ik toch niet echt in dat autowereldje paste.
Maar de eerstvolgende maanden had ik het weer heel druk met mijn werk bij de GAS en mijn politieke activiteiten voor de lokale afdelingen van de VVD en de JOVD.
Captain Hordijk heeft overigens uiteindelijk geen nieuwe Ford gekocht, maar een gebruikte Mercedes Benz 220 SE Coupé...
Op 1 april 1970, precies een jaar nadat ik ermee was begonnen, nam ik afscheid van de autobranche en van het vak van verkoper en begon ik aan een nieuwe loopbaan, die aanzienlijk langer zou gaan duren.
De oude heer (Sipco) Schilderman heeft zijn grote collectie ansichtkaarten niet aan het museum geschonken maar aan het archief, waar hij vrijwilliger was. Vanwege een gentleman- agreement zou het archief visuele zaken overdragen aan het museum en het museum tekst-stukken aan het archief. In de praktijk bleek het eenrichting verkeer.
BeantwoordenVerwijderenJammer dat Wieger Goosens slechts in een enkel regeltje wordt vermeld. Hij was een chef werkplaats zoals je zelden tegenkomt. Ik kwam eens op een zaterdagmorgen aan de garage omdat mijn nieuwe auto met een 6-cilnder een raar geleid maakte. Hij was afwezig dus zou ik maandags terugkomen. 's Avonds wordt er aan mijn deur gebeld, de heer Goosens. Hij vroeg wat er aan de hand was, keek onder de motorkap en ontdekte dat 1 bougie niet meedeed. Het werd gelijk verholpen. Ongekende service!
Ik lees pas nu dit bericht, vandaar deze late reactie. Dank voor de opmerkingen/aanvullingen ten aanzien van de heer Schilderman. Wieger Goosens herinner ik mij inderdaad als een aardig iemand met het hart op de goede plaats. Dat ik hem slechts terloops noem heeft vooral te maken met het feit dat wij in de dagelijkse praktijk niet echt veel contact hadden en bovendien vanuit twee verschillende locaties werkten.
Verwijderen